zaterdag 15 februari 2020

Het schoolterrein, dinsdag 11 februari 2020


De dag begint vroeg, met een zachte, nauwelijks voelbare motregen. Gerard en ik zijn van plan om het schoolterrein in te meten, zowel in oppervlakte als in hoogte. Dit is nodig om de precieze plek en de beschikbare ruimte van de gebouwen te bepalen. En om de omvang van het speelterrein te kunnen schatten. Het terrein loopt ruim 3 meter af, zodat er nogal wat grond verplaatst moet worden. Lamko ontfermt zich over  het toiletgebouw en de perikelen rond de citerne (de watertank die de toiletten van doorspoeling moet voorzien). Bovendien blijken de deuren van de wc niet goed te sluiten, daar moet ook het nodige voor geregeld worden. Sjoerdtje blijft thuis om een stukje over de kinderen van Guinee te schrijven.

De kinderen van Guinee
De kinderen van Guinee zijn bruin met prachtige bruine ogen die overal heen rollen. Het kroeshaar meestal in staartjes of vlechtjes. Een lange rok voor de meisjes met een T-shirt, de jongens een korte broek tot de knie. De grotere meisjes lopen al heel elegant in een Afrikaanse jurk: bovenstukje-schootje-gerende rok. Rits op de rug.
Speelgoed heb ik nog niet veel gezien. Soms ontwaar ik een brommer- of autoband waar een jongen of meisje achteraan loopt als een soort van hoepelspel. De meeste kinderen lopen langs de weg met iets op hun hoofd: water, bananen, hout en heel veel andere spullen. Om te verkopen of om op te halen voor hun ouders of pleegouders. Ze doen de was, de afwas en vegen de vloer. Vooral de kinderen in de stad moeten werken: spullen verkopen, auto’s wassen, en andere klussen.
Ze leren al jong voor zichzelf en hun kleine broertjes en zusjes  te zorgen. School? Wat is dat? Als je ouders net genoeg verdienen om je in leven te houden, is schoolgaan al helemaal een luxe!
Helaas bestaat in Guinee geen leerplicht. Het wetje van Van Houten is hier niet relevant.
Er bestaat heel veel niet in Guinee. Geen leerplicht, geen waterleiding, geen vuilnisophaaldienst, geen ziekenfonds, geen pensioen, geen AOW, geen…..ga zo maar door! Wat is er dan wel? Zwaar vervuild water, afvoergoten gevuld met plastic en andere viezigheid. Overal wordt afval neergegooid: op straat, in de tuinen, op de weg. Elke dag ruik ik verbrand vuil. Dat is de enige manier om van je afval af te komen. Verbrand plastic, rubber, en andere zeer vies geurende troep veroorzaken smog in de stad waar de kinderen leven. Er is ook geen riolering. Iedereen poept maar ergens, spoelt de hand met water, zoals bij ons in de middeleeuwen. Maar dit deert de kinderen van Guinee niet. Uit hun ogen straalt een levensvreugde en nieuwsgierigheid naar alles wat er om hen heen gebeurt. Ze zingen graag een liedje voor mij en met mij! Als wij bij villa Geenacker-Damey komen, stroomt de tuin altijd vol met kinderen die komen groeten, zingen dansen!




Tegen de middag zijn we weer thuis. En als het huis open is, trekt dat altijd meteen kinderen uit de buurt aan. Maar ook mensen uit de omgeving die Lamko en Gerard weer willen ontmoeten. Zo staat Alphonse met zijn vrouw en kind op de stoep. Alphonse Haba is de secretaris van het bestuur van de Jerome Damey Fondation Guinee. Hij krijgt ook een paar klompen aangeboden door Sjoerdtje.
’s Avonds komt er nog een ander bestuurslid, namelijk Ibrahima Kaba, de penningmeester.
Tussendoor eten wij rijst en salade heerlijk bereid door Vivianne. We gaan op bezoek bij Helene, een andere zus van Lamko.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten